'Prostitutie hoort erbij, net als de NS' - Binnenland - de Volkskrant

'Prostitutie hoort erbij, net als de NS'

Bart Jungmann
gepubliceerd op 14 juli 2008 06:00, bijgewerkt op 14 juli 2008 07:30

De rosse buurt in Den Haag stelt bar weinig voor. Afgezien van een hoekje Hunsestraat begint en eindigt de rosse buurt in de Geleenstraat. Dat zal hooguit 150 meter autovrij gluren zijn. Een Haagse hoerenloper moet het vooral héél kalm aan doen.

De Geleenstraat is van een heel andere orde dan de Amsterdamse Wallen, waar de raamprostitutie ook een toeristische frivoliteit is. In Den Haag is het puur pezen en dat verdraagt geen gezelligheid.

'Vroeger is dood', zegt An Verwaal, alsof ze zichzelf daarmee corrigerend toespreekt. De vorige minuten was ze in gedachten bij haar jeugd. De herinneringen aan gezelligheid en geborgenheid hebben alles te maken met de prostitutie. De term sociale veiligheid moest nog bedacht worden toen de pooiers die voor hun rekening namen.

An Verwaal is geboren en getogen in de Rivierenbuurt, in combinatie met de Stationsbuurt een van de vier probleemwijken in Den Haag.

Ze heeft nooit ergens anders willen wonen en de rosse buurt, die zich tot in de jaren negentig over de hele wijk uitspreidde, is voor haar altijd een vanzelfsprekendheid geweest.

Buitenstaanders hebben daarvan nooit iets begrepen. Vaak gingen ze ervan uit dat zij ook de kost achter het raam verdiende. Waarop An Verwaal zei: 'Nee hoor, bij mij staat het sopkarretje in de zesde versnelling.' Zij verdiende de kost in de schoonmaakbranche.

Maar goed, vroeger is dood en zoals toen zal het nooit meer zijn. Daarom luidt de vraag of een probleemwijk een prachtwijk kan worden, zolang er vrouwen te koop achter een raam zitten. De sociale veiligheid is in elk geval niet gediend met loverboys in de rol van pooier en het dealen in portieken.

Maar An Verwaal wil niets horen van sluiting, en haar krachtige stem wordt gehoord omdat ze voorzitter is van de bewonerscommissie in de Rivierenbuurt. Iedere nieuweling in de wijk krijgt van Verwaal meteen te horen dat ze de raamprostitutie voor lief moeten nemen. 'Dat hoort er gewoon bij, net zoals de treinen. Tegen de NS zeg je toch ook niet dat ze weg moeten uit de wijk.'

Vertrekken verplaatst volgens haar de problemen alleen maar. 'Niet voor niets noemen ze het dit oudste beroep van de wereld. Hoeren zullen er altijd zijn. Het gaat om de randverschijnselen, die moet je aanpakken.'

Verwaal geeft eerlijk toe dat de problemen tegenwoordig ver van haar bed zijn nu de rosse buurt in één straat is geconcentreerd. De politie krijgt geregeld melding van overlast. De parkeerdruk is onevenredig groot in wat verder gewoon een woonwijk is.

De bewakingscamera's verdrijven de kleine criminaliteit naar omliggende straten. Toch beschouwt de politie de Geleenstraat niet als een groot probleem. Ook de gemeente laat in zijn opknapplannen de hoeren en hun uitbaters met rust.

Dat de toekomst van de rosse buurt ongewis is, heeft andere oorzaken. Het gaat slecht in de branche, zegt H. Bouman die een aantal ramen in beheer heeft. 'Ik zit hier al 35 jaar en het is nog nooit zo beroerd geweest.'

Hij beklaagt zich vooral over tegenwerking van de gemeente. 'Elk jaar moet ik een vergunning aanvragen en als ik één stap verkeerd zet ben ik die vergunning kwijt.' Veel van zijn collega's hebben de moed al opgegeven. 'Nog niet eens de helft van de ramen is bezet en vaak genoeg denk ik zelf ook: gooi mij maar weg.'